7 juni 2022

Bezwaar maken tegen bestuurlijke boete

Categorie: Bestuurlijke boete, Bestuursrecht

Als betaling wordt gevorderd van een bestuurlijke boete dan wordt een invorderingsbeschikking genomen. Dat geld voor alle bestuurlijke boetes van bijvoorbeeld, de gemeente, NVWA, KSA, AFM of andere toezichthouders. Iedere inspectie of toezichthouder kan bestuurlijke boete opleggen, zie ook: boete toezichthouder. Daarvoor is al een boetebeschikking genomen: het besluit tot oplegging van een bestuurlijke boete. Een lopende bezwaarprocedure of beroepsprocedure wordt geacht ook daartegen gericht te zijn. Als invordering al tijdens de procedure plaatsvindt dat moet het bedrijf schorsing van de invordering verzoeken aan het bestuursorgaan. Als de invordering niet door de inspectie wordt geschorst dan kan in kort geding de bestuursrechter (voorzieningenrechter) de invordering van de bestuurlijke boete schorsen. Lees meer over invorderingsbeschikking en procedure incasso bestuurlijke boete: bestuurlijke boete en invordering.

Incasso bestuurlijke boete via strafrecht of bestuursrecht

Bij een strafbeschikking waarbij een boete wordt opgelegd, zeg maar een transactie (de acceptgiro) van justitie, geldt dat bij bezwaar of verzet daartegen de invordering is geschorst. Dat zou bij een bestuurlijke boete die een bestuursorgaan oplegt ook zo moeten zijn. Er is geen rechtvaardiging voor het verschil tussen het strafrecht en het bestuursrecht en het ontbreken van schorsende werking van bezwaar in het bestuursrecht in het licht van de ingrijpende gewijzigde context waarin de bestuurlijke boete tegenwoordig functioneert. In geval van invordering van een bestuurlijke boete is het daarom zinvol advies van een advocaat bestuursrecht te vragen.

Invordering bestuurlijke boete tijdens bezwaarprocedure

De voorzieningenrechter is daarom in deze zaak van oordeel dat in een situatie waarin nog niet vaststaat of de bestuurlijke boete (ook gelet op de evenredigheid) terecht is opgelegd, terwijl invordering van een boete tot onomkeerbare gevolgen voor de uitoefening van de onderneming zou kunnen leiden. De inspectie SZW moet een zwaarwegend belang hebben om – hangende de bezwaarprocedure – tot invordering van de boete over te gaan. Daarbij zal de overheid. In dit geval de Minister SZW en de arbeidsinspectie moeten onderbouwen dat niet kan worden gevergd de bezwaarprocedure af te wachten. Dat is niet voldoende gedaan door de inspectie SZW. De rechter schorst dus de incasso van de bestuurlijke boete hangende de bezwaarprocedure.

Uitspraak over schorsing incasso bestuurlijke boete