23 september 2011

Een advocaat kan in kort geding rectificatie vorderen van onrechtmatige publicatie

Categorie: Bestuursrecht, Intellectueel eigendomsrecht

Van smaad is sprake als iemands goed naam wordt aangetast, vaak het bewust zwart maken van iemand. Als de beschuldigingen niet waar zijn is sprake van laster. Smaad, laster en belediging zijn strafbare feiten waarvoor aangifte gedaan kan worden. Het kan echter ook leiden tot (civielrechtelijke) aansprakelijkheid.

De door een publicatie benadeelde partij kan een schadevergoeding claimen, rectificatie vorderen en/of een verbod op herhaling eisen. Een gespecialiseerde advocaat kan die vordering instellen. Het kan zinvol zijn dat snel te doen door rectificatie te vorderen in kort geding bij de voorzieningenrechter. Deze sancties zijn alleen mogelijk als de rechter oordeelt dat de uiting in kwestie onrechtmatig is. Naast (civielrechtelijke) onrechtmatigheid overigens ook sprake zijn van een strafbaar feit.

Rectificatie onrechtmatige publicatie in kort geding vorderen

De rechter zal onderzoeken sprake is van een onjuiste of onvolledige, misleidende publicatie. Artikel 6:167 BW geeft de rechter het wettelijk kader waarbinnen hij te werk dient te gaan als hij de rechtmatigheid van een publicatie moet beoordelen. Er ligt in het spanningsveld tussen enerzijds het recht op vrije meningsuiting en anderzijds het recht op bescherming van de eer en goede naam, de persoonlijke levenssfeer en het recht om gevrijwaard te worden van discriminatie.

Criteria aanspannen kort geding

Vaak zal de advocaat van de benadeelde een kort geding aanspannen om rectificatie te vorderen. De Hoge Raad heeft een aantal criteria geformuleerd bij de beoordeling of sprake is van een onrechtmatige publicatie:

  • de mate waarin de verdenkingen ten tijde van de publicatie steun vonden in het toen beschikbare feitenmateriaal
  • de aard van de gepubliceerde verdenkingen en de ernst van de te verwachten gevolgen door voor degene op wie die verdenkingen betrekking hebben
  • de ernst van de misstand welke de publicatie aan de kaak beoogt te stellen
  • de inkleding van de verdenkingen
  • de mate van waarschijnlijkheid dat, ook zonder de verweten publicatie via de pers, het in het algemeen belang nagestreefde doel door langs andere, voor de wederpartij minder schadelijke wegen met een redelijke kans op spoedig succes had kunnen worden bereikt
  • de kans dat betreffende informatie ook zonder terbeschikkingstelling aan de pers in de publiciteit zou zijn gekomen.

De rechter in kort geding kan veroordelen tot rectificatie,(voorschot op) schadevergoeding, een verbod op herhaling e.d.